Requiem voor Telebrix
Als je ouder wordt merk je dat veel zaken die altijd vanzelfsprekend leken, dat helemaal niet zijn. Helden worden ontmaskerd als charlatans of sterven, vertrouwde producten verdwijnen zomaar, de stad waarin je opgeroeide wordt steeds onherkenbaarder en, nog veel erger: Telebrix wordt afgeschaft.
Een dag of tien geleden zaten we in Utrecht voor de tussenrapportage bij de hematoloog. We hadden het over de tussenscan die 25 mei gemaakt gaat worden – die schijnt een goede indicatie te geven van de effectiviteit van de therapie die ik volg. Dus dat wordt sowieso spannend. Opgetogen zei ik “Jummie, een dagje Telebrixen; I cant’t wait” waarop de arts fijntjes zei dat Telebrix toevallig sinds die week niet meer wordt gebruikt.
Dat sloeg in als een bom. Telebrix is de contrastzooi die je (tot voor kort dus) een etmaal lang diende in te nemen om met een ontploffende chemische blaas en een reet van ZOAB in een tunnel te gaan liggen. En dat wordt, zonder enig overleg, gewoon afgeschaft? “Ja”, zei de hematoloog droog, “de scanapparatuur is tegenwoordig zó goed, dat er geen enkele toegevoegde waarde meer is van dat spul – we zijn er sinds deze week mee gestopt…” In de praktijk betekent dat kortom dat ik dus twee keer voor Jan met de korte Lul onvrijwillig jeugdherinneringen aan de Regio Rijnmond heb zitten ophalen met een bak lauwe chemicaliën op schoot. Je zou er bijna sentimenteel van worden.
3
Morgen begint de Derde Chemische Ronde. Dit keer gaat mijn vrouw mee om het feestje bij te wonen. Ik weet nu al dat het super-goede gevoel dat ik nu heb, over een weekje verdampt is en ik mezelf tref in een stoel, wachtend op de tweede helft waarin alles weer beter wordt. Waarna het inderdaad allemaal weer beter wordt. Het is voor het Goede Doel dus kom maar door met die meuk.
Ik begin namelijk inmiddels wel een patroon te zien in een cyclus chemo (van drie weken): de eerste dagen voel je je raar, met je 100mg prednison in je donder en de chemicaliën die hun verwoestende werk doen. Daarna val je in het prednisonlose gat (zeg: week 2) en daar vinden de interne kooigevechten plaats waarin ik me mentaal vastklamp aan mijn laatste plukjes borsthaar. En dan, in week 3, krabbel je weer op tot je je zó goed voelt dat je denkt weer ‘normaal’ te zijn. Ik zeg dénkt.
Egel
Want niets is wat het lijkt. Zo merk ik bijvoorbeeld dat ik bij vlagen last heb van ‘Chemo Brain’: soms moeite met woorden vinden, moeite met onthouden van verbale communicatie (“Hoezo ‘weet ik niets van’? Daar hebben we het gísteren nog uitgebreid over gehad”), moeite met multitasken. Men is hier gewend om tegen me te praten als ik iets op mijn laptop aan het doen ben en dan ook een coherent antwoord te krijgen, maar dat gaat nu dus niet. Ja, een snauw kunnen ze krijgen omdat mijn concentratie dan verstoord raakt en ‘poef!’ de gedachtentrein ontspoort. Dan moet ik zogezegd terug naar het rangeerterrein en opnieuw een treintje samenstellen. Echter, me op één taak vastleggen is geen enkel probleem.
Een zo’n taak is dus het vervolmaken van een muziekproject dan meer dan 5 jaar geleden is opgezet, nu gereanimeerd is geraakt, mensen weer bijeen brengt en mijn brein traint (want de software Logic waarin alles gebeurt is behoorlijk stevige kost). Gisteren voelde ik me super. In één nummer ontbreekt nog een hard gezongen, behoorlijk hoge, tweede stem. Mijn Oudste Vriend zou die inzingen maar die ligt hernieus op een bank. Dus ik dacht: fuck it, ik doe ’t gewoon zelf. En daar kwam ik er weer eens achter dat dingen dus níet ‘business as usual’ zijn. Want voor zingen – zeker op hoogte – heb je meer energie nodig dan je denkt, zo bleek: die zangpartij werd een soort zielig gepiep. Het klonk een beetje alsof er een transgendere egel geëpileerd werd. Ik heb die zangpartij maar weggeflikkerd.
life sucks, jeetje word je ook niet goed van.enfin dat was je al niet kan dit er nog wel bij.
Sterkte komende tijd weer…….ennuh geneit van t zonnetje.
Nou dat betekent volgens mij dat je genoeg goed werkend brein hebt voor twee! Die reactie wanneer je gestoord wordt, terwijl je achter de computer zit, heb ik al jaren. Ik zou waarschijnlijk dement worden van chemo…
Hi Marijtje, Tette zei gisteren iets gelijksoortigs nadat we het erover hadden: “Dan weet je nu wat het is om mijn hersens te hebben…”
Lieve Micha,
wat weet je al die ellende toch fraai onder woorden te brengen, moest er echt om lachten, terwijl dat toch ongepast lijkt. Heel veel moed en sterkte verder , je gezin.
Hi Ann, het is juist de bedóeling om er ook om te lachen – daar is helemaal niets ongepasts aan hoor. Doe ik zelf ook.