V – Winterse ongemakken
Het is natuurlijk allemaal mooi en prachtig al dit winterse geweld, maar ook wat beangstigend. Ruim drie weken geleden, op 21 november, viel de winter bruut en veel harder dan verwacht in, en sindsdien is de temperatuur niet meer boven 0 geweest in bijna de gehele Benelux. Na de tweede sneeuwdump van pakjesavond komt de transportkou op gang; een ijzige doorstaande ooster jaagt over het witte land en gaat door merg en been. De sneeuw de werkelijk overal ligt blijft zich op deze manier steeds verplaatsen en zorgt voor ongemakken – vooral in het verkeer. De dagen zijn grijs, donker en koud en doen mij denken aan 14 januari 1987, een dag dat de maximumtemperatuur in Rotterdam niet boven de -11 kwam. Zo erg is het nu niet, gelukkig, maar ik geef als winterliefhebber toe: het is intimiderend. Het verschil tussen de nacht- en de dagtemperatuur is gering en schommelt dezer dagen tussen de -11 en de -6 graden. Dat alles bij pal oostenwind kracht 6-7 Bft. Het fluit de hele tijd om het huis en de CV ketel draait overuren.
Op de kaarten is er in de verste verten geen enkel zicht op tempering van de vorst. Er ligt een gigantische gordel van hogedruk van Groenland tot diep in Siberië in en dat blijft gewoon zo. De twee lagen sneeuw zijn door inklinking tot een compacte harde korst geworden, en werkelijk op elke straathoek zie je sneeuwduinen die elke dag weer op een andere plek liggen door de permanent doorloeiende oostenwind. Op kruisingen zie je gewoon de straatstenen, terwijl op andere plekken de sneeuwhopen soms meer dan een meter hoog gewaaid zijn.
Gewenning
De aanvankelijke euforie onder de winterliefhebbers raakt nu ook wat bekoeld; men raakt verzadigd. Daarnaast heeft West-Europa nu een serieus probleem: door de sneeuwdriften wordt het transport over de weg en het spoor bemoeilijkt en de bevoorrading van van alles en nog wat komt onder druk te staan. Waterleidingbedrijven krijgen problemen, evenals energiebedrijven die de vraag naar energie niet altijd bij kunnen benen. In Duitsland zijn er al black-outs geweest, op windstille dagen, als de reservecapaciteit van de windmolens de vraag niet kon bijbenen. Door de harde wind blijft het IJsselmeer nog open, maar de ijsgang bemoeilijkt de vaart aanzienlijk; sinds 12 december wordt er in konvooien gevaren, wat prachtige beelden oplevert van beijsde binnenvaartschepen. Het E-woord valt steeds vaker maar in Friesland zijn er door de harde wind nieuwe wakken ontstaan op de route en er is veel zand en sneeuw op het ijs gewaaid. De Friezen houden het hoofd koel, terwijl het Westen nu al verhit brult om eindelijk een tocht. Zo ver is het – nog lang – niet.
In mijn dagboek:
13 december. De vorst duurt nu drie weken en ik beken eerlijk dat ik het verder wel geloof. Ik zou wel eens een zonnetje willen zien, of een vleugje warmte willen voelen. Ik wilde winter; hier was hij. Nu graag een intermezzo of iets anders. Ben ik verveeld? Hoe lang duurt dit nog? Zelf in mijn dubbel-beglaasde slaapkamerraam zie ik ijsbloemen. En het vriest letterlijk dat het kraakt; ’s nachts hoor je de bomen zuchten en kraken onder de koude, gierende oostenwind. En elke ochtend moet je de auto uitgraven uit elke keer weer anders gevormde sneeuwduintjes. Opmerking: mijn CV maakt soms rare klokkende geluiden. Ik moet er niet aan denken dat die nu de geest geeft….
Maar na een week hangt er hangt verandering in de lucht: op de weerkaarten meldt zich de eerste koude-uitbraak bij Newfoundland die een depressie de Oceaan op zou moeten sturen. Volgens EC zou die het hogedrukbastion naar het oosten duwen en zouden wij in de ruime dooi terechtkomen. Althans: volgens een deel van de pluim (waaronder de Oper). De meeste leden zien echter een bestendiging van matige vorst. We zullen zien.
Weerwoord:
“Kan dat witte spul nu eens weg? Ik heb het nu wel gezien…” (Frank)
“Ik heb een nieuwe Bult geschapen. Tot wanneer blijft die bestaan? Graag jullie gokjes!” (Douwe – met een foto van een onbeschoft hoge sneeuwbult)
“Ik liep naakt de tuin in. Had het toch best warm hoor!” (Katya)
Tmin die nacht: -10,3. Tmax de volgende dag: -6,6. Wind: Oost, 5Bft.
Dagboek:
14 december: Opgestaan in een ijskoud huis. CV is ermee gestopt. We koken pannen met heet water om ons te wassen en ik stook de haard op maar het einde van de houtvoorraad is al in zicht. Gelukkig staat er in de schuur een elektrisch kacheltje. Die zet ik dan maar in de woonkamer. Ik vries zowat vast aan de pleebril. Leuk hoor, Totaalwinter! Maar ik lees dat de ijsclub (eindelijk!) open gaat. Het was blijkbaar een gedoetje om iets schaatbaars te maken van de sneeuw-en ijsprut op dat ondergelopen weiland. Ik overweeg om over de ijskorst op de Zuidzijde erheen te schaatsen puur omdat het kan, maar doe het toch niet. Op de ijsclub is bijna niemand. Het is ook veel te koud.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!